Panna cotta

Een erg lekker en vooral makkelijk toetje is panna cotta. Bij dit toetje geldt ook oefening baart kunst, want je maakt het steeds sneller. Panna cotta betekent in het Italiaans 'gekookte room'.
Oorspronkelijk  wordt dit gemaakt van alleen room, melk, suiker en gelatine. Ik vervang echter de melk voor Griekse yoghurt. Deze Griekse yoghurt zorgt ervoor dat de panna cotta wat luchtiger is en vooral wat minder machtig.
Dit toetje wordt goed gewaardeerd alleen je moet oppassen voor de gelatine, want dit kan soms voor stukjes zorgen in de panna cotta en het is lekkerder als je een zachte klontvrij mengsel hebt.

Panna cotta
voor 6 personen

220 ml slagroom
100 gram suiker
5 blaadjes gelatine
500 gram griekse yoghurt
4 eetlepels citroensap
5 eetlepels vloeibare honing

Bereiding:
Breng in een steelpan de slagroom met suiker aan de kook, leg ondertussen de gelatine in koud water (helemaal ondergedompeld). Als de slagroom 2 minuten heeft gekookt, zet je de steelpan in een spoelbak die volgelopen in met koud water. Knijp de gelatine uit en meng het in het slagroom mengsel. Goed blijven mengen anders ontstaan er klontjes! Als het mengsel wat dikker wordt haal je het uit de spoelbak.
Meng dit mengsel samen met de Griekse yoghurt die je in een andere kom wat hebt los geroerd. Als het één mengsel is geworden, schep je het in 6 kleine bakjes  die je daarna minimaal 1 uur in de koelkast laat staan.
Als je de panna cotta gaat serveren, meng je eerst nog de citroensap met de honing en schep je dit over de panna cotta. (de panna cotta kan je uit de bakjes halen door een mes langs de zijkant te halen, want dat floepen ze er zo uit).
Veel succes met maken!